Onderstaand verhaaltje is een eerste oefening in het schrijven van een eigen versie van een bestaand verhaal. Het origineel komt uit Ethiopie en gaat over een wanhopige vrouw die bang is haar man te verliezen (ondanks dat hij niet meer van haar schijnt te houden) en naar een wonderdokter gaat om hulp. Het heeft een nogal traditionele moraal waar ik achter in mijn mond een beetje spuug van krijg: zorg goed voor je man (waarmee hier wordt bedoeld dat je zijn huishoudster, kokkin en verzorgster moet zijn) en je raakt hem nooit meer kwijt. Wat de moraal van mijn versie is, weet ik niet zo goed, maar ik vond het wel erg leuk om te spelen met de stereotype karakters, die ik in het verhaal heb gestopt: de oplichter (de wonderdokter) en de 'gold-digger' (de vrouw).
De wonderdokter.
Er was eens, in een land hier ver vandaan, een
wonderdokter. En het ging niet zo goed
met deze wonderdokter. De bewoners uit het dorp waren al een tijdje niet meer
langs geweest met dringende problemen die vroegen om een wonder. Waarschijnlijk omdat er zelden een wonder
gebeurde , ondanks het opvolgen van de vaak dure adviezen van de dokter. Zijn
geld was op en zo ook zijn eten. Maar op
een dag, toen hij ernstig zat na te denken over een carriere switch, werd er op
zijn deur geklopt. En daar stond ze. De
voormalige buurt sloerie, maar inmiddels getrouwd met een veel oudere ,
stinkend rijke meneer van stand. Ze had zijn hulp nodig. Toen ze klaar was met
haar verhaal knikte de wonderdokter maar hij dacht: “Ik ben de lul”. Want deze geldwolvin in schaapskleren was namelijk bang haar
suikeroompje annex geldboompje kwijt te
raken. “Hij is de hele tijd zo stil, hij praat niet tegen me, hij ziet me niet
staan, en hij heeft al weken niets nieuws voor me gekocht!” Tranen van zelfmedelijden rolden over haar
wangen. “Je moet een wondermiddel voor me maken, een toverdrank, zodat hij weer
van me gaat houden”. Nu is elke zelfrespecterende
wonderdokter heel goed in staat om een
liefdesdrankje te brouwen, zo moeilijk is dat niet, maar dit geval vroeg
om een Waarachtig Wonder. Iedereen in de
wijde omgeving kende het verhaal. Hij, de rijke, welgestelde, hopeloos
verliefde, oudere weduwnaar en zij, de
arme, leugenachtige, op geld beluste, jonge slettebak. Hij kocht de kleding die
haar minnaar van haar lichaam mocht rukken, wanneer ze zin had in een heimelijk
verzetje, en dat was bijna elke nacht. Hij wist van niets. Hoewel... Getuige hetgeen de wonderdokter
zojuist had gehoord wist de bedrogen echtgenoot het waarschijnlijk inmiddels
wel.
De wonderdokter dacht een ogenblik na en nam een besluit.
Hij had honger. Met een lege maag en
zweet in zijn handen antwoordde hij de vrouw: “Ik zal je helpen maar eerst moet je me drie haren brengen van
de manen van een levende leeuw. Die moet ik hebben voordat ik een tovermiddel voor
je kan maken”. Hij kuchtte en raapte al
zijn moed bij elkaar: “En ik wil vooruit worden betaald”. Wat volgde was een lawine aan vloeken,
schelden en persoonlijke beledigingen, gevolgd door krokodillentranen en een extra knoopje open
zodat haar boezem hem tegemoet lachtte,
maar de wonderdokter hield voet bij stuk, net zolang tot ze akkoord ging
De hele nacht lag de vrouw te piekeren hoe ze in vredesnaam
aan drie haren van een levende leeuw moest komen maar tegen de ochtend had ze haar plan klaar. Want het toeval wilde
dat er de laatste tijd regelmatig een wilde
leeuw was gespot. Dus ze ging op
pad, en ze nam een jong lammetje met zich mee. Op de plek aangekomen waar de gevaarlijke leeuw zich meestal vertoonde bleef ze rustig
wachten tot de leeuw verscheen. Dit was
haar moment. Ze stond op en terwijl ze het arme
blatende lammetje achterliet, liep ze vlug weg. Dit herhaalde zich,
dag na dag, de vrouw vergat haar minnaar
en haar dure jurkjes, en iedere dag leerde de leeuw de vrouw iets beter kennen. Na verloop van tijd begon de leeuw de vrouw
te vertrouwen. Ze kregen een band. Hij stond haar toe hem te aaien en over zijn
kop te strijken en begroette haar
wanneer hij haar zag, met leeuwenkopjes en oorverdovend gespin. En zij op haar beurt begon het leuk te vinden
trouw voor hem te zorgen, hoewel ze nog steeds vastberaden was om de
wonderdokter zijn drie haren uit de manen van een levende leeuw te geven. Hoe
zij elke dag opnieuw aan een vers lammetje kwam vertelt het verhaal niet maar
op een dag knielde ze naast de grote kop
van de leeuw (die net zijn buik had
volgevreten) en terwijl ze zijn manen streelde haalde ze er voorzichtig drie
haren uit, die ze verstopte in haar corset.
Opgewonden liep ze naar het huis van de wonderdokter. Met
een bleek gelaat en een bonzend hart keek hij naar de drie haren die ze in haar
hand hield. Het was haar gelukt. Oh, shit… “Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?”, vroeg hij haar, zich wanhopig afvragend
hoe het mogelijk was dat ze nog leefde en niet was opgepeuzeld door de leeuw, want
dat scenario had hij voor ogen gehad. Ze vertelde hem het hele verhaal. “Ik ben
een ander mens geworden! Ik heb geknuffeld met een leeuw! We hadden echt een
connectie! Het was super! En nu wil ik mijn wondermiddel!”. Wanhoop en een opkomende paniek-aanval maakten plaats voor opluchting
en een brede grijns verscheen op het gezicht van de wonderdokter. Hij bleek
veel slimmer en een veel wijzere wonderdokter dan hij zelf had gedacht. “Maar meisje,
jij hebt je wondermiddel al gekregen! Nu weet je hoe je er voor moet
zorgen dat je man weer van je gaat houden!”Hoe het verhaal afloopt weet ik niet. Er gaan geruchten dat het echtpaar nog enkele maanden gelukkig leefde maar dat daar een einde aan kwam door de hartaanval die de echtgenoot kreeg tijdens het lospeuteren van het nieuwe sexy ondergoed wat zijn vrouwtje droeg, een fatale hartaanval die veroorzaakt werd door het overmatig eten van al het lamsvlees dat hij iedere dag voorgeschoteld kreeg. Zij leefde nog lang en gelukkig. De wonderdokter vertrok met al zijn geld en een tamme leeuw richting het Oosten. Hij schijnt het niet te hebben gehaald. De leeuw vrat hem op.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten