woensdag 10 april 2013

Over liefde

(geschreven met mijn heterosexuele bril op mijn vrouwelijke neus maar voel je vrij om te husselen met de hems en de haars en de hijen en de zijen - liefde discrimineert niet)
 
Ooit dacht zij: 'Voor altijd'. Maar altijd is niet altijd altijd. Altijd is soms een tijdje. Altijd gaat soms voorbij. Er kwam een dag waarop zij zeker dacht te weten dat zij nooit niet van hem zou kunnen houden. Maar voor altijd werd nooit en nooit veranderde in ooit. Ze hield niet meer van hem. Tussen altijd en nooit in had zich twijfel genesteld, een niemandsland voor ja en nee, voor wel en niet. En zo kwam hun toekomst te behoren tot het verleden. Er zou geen later meer komen, daar was het te laat voor. Er was alleen nog maar toen. Toen ze dacht dat het voor altijd was.

Men zegt dat ze verrees uit het schuim van de zee en waar zij liep verschenen bloemen. Haar domein is het hart van goden en sterfelijken gelijk. Ze ontziet niemand. Oh, Aphrodite, hoe kan het dat je kracht schenkt en tegelijk zo kwetsbaar maakt? Hoe kan ik vrijuit vliegen met vleugels van fluweel?

Een gouden ring, een robijnen hart, een bed vol rozenblaadjes en een kus. Twee paar ogen gevangen in elkaars spiegelbeeld. Vingers woordenloos verstrengeld en dromen die uitkomen. Thuishaven, anker en de rust van zeker weten.
 
'Laat me niet in de steek, laat me niet alleen', klinkt zijn stem en een echo roept: 'Laat me alleen want dan kan je me ook niet in de steek laten', als in een duet waarin stem en echo langzaam één en dezelfde worden tot alleen solo overblijft. Wat hij niet heeft kan hij ook niet verliezen. Angst om verlaten te worden. Angst om te binden. Wegrennen van hetgeen hij het liefste wil uit angst om het kwijt te raken. Kom niet te dichtbij. Dichtbij zou zomaar weer ver weg kunnen worden dus blijf alsjeblieft op een afstand. Blijft zij toch niet uit de buurt, dan duwt hij haar weg. Is zij niet omver te duwen, dan mept hij haar neer. Hoe meer zij blijft komen, hoe zwaarder het afweergeschut dat hij inzet. Hij werpt barricades op en saboteert de boel. Maar dreigt zij zich om te keren, dan houdt hij haar tegen. Ligt zij door hem weggeblazen op de grond, dan helpt hij haar weer omhoog. Ze mag niet falen en ze mag niet slagen. Hij breekt haar hart om het daarna te lijmen, en vervolgens breekt hij het weer. Hij durft niet vast te grijpen en hij durft niet los te laten. Hij durft niet samen te zijn uit angst om alleen te worden gelaten uit angst om samen te zijn uit angst om alleen te worden gelaten.

Zachtjes in haar oor op een zondagochtend: 'Goedemorgen schoonheid'. Alsof een magische spreuk zijn werk begint te doen voelt ze zich direct mooier dan ooit te voren. Spinnend als een poes draait ze zich op haar andere zij en geeft ze zich over aan zijn verbale liefkozingen. Hier zou zij aan kunnen wennen. Twee warme, volle lippen kussen haar mond wakker tot een glimlach en met haar ogen dicht laat ze zich loom meevoeren door dat typische parfum van donker mannenlichaam. Dit zou ze zomaar elke ochtend kunnen gaan willen hebben. Sweet like chocolate. De geur van zijn huid. De smaak van zijn kus. En zoete woordjes.

'Tot de dood ons scheidt' is slechts voor eeuwig tot de dood ons scheidt.

Zijn pogingen om het weer goed te maken verliezen het van zijn pogingen om het te verpesten. Waar het weer goed maken steeds slechter gaat, gaat het verpesten steeds beter. Haar pogingen om in hem te blijven geloven verliezen het van haar pogingen om hem los te laten. Waar blijven geloven in steeds moeilijker wordt, wordt loslaten steeds makkelijker. Als je een rozenstruik te weinig water geeft gaat hij uiteindelijk dood, helemaal als je erop gaat stampen en er een paar keer tegenaan pist. Ze is moe. Tijd wilde ze hem geven maar het duurt te lang en maanden zijn inmiddels jaren geworden. Excuses hebben hun betekenis verloren. Zijn 'Ik hou van jou' klinkt niet langer als een belofte bij haar te blijven tot de dood hen scheidt, maar als een herinnering aan hoe het was, ooit, jaren terug, toen het weer goed maken genieten was en in hem geloven vanzelf ging. Onvoorwaardelijk werd onder voorwaarde en is langzaam aan het veranderen in 'Ik geef het op'. Aphrodite is meedogenloos wanneer je haar respectloos behandelt.
 
Liefde is... Liefde is voor iedereen hetzelfde en voor ieder mens iets anders. Liefde is zijn stervende geest toe fluisteren dat hij mag los laten. Het is het wassen van zijn dode lichaam en dikke, warme sokken aan zijn koude, stijve voeten doen. Liefde is haar zeggen jou te verraden omdat jij haar beschermen wilt. Het is het smokkelen van liefdesbrieven vanuit een wereld van tralies, beton en prikkeldraad naar haar bed in vrijheid, waar zij huilt en lacht tegelijk wanneer ze jouw 'mi lobi joe' leest. Het is de doodschop die je wilt geven aan een ieder die haar kwetst en jouw hand op zijn rug die hem vertelt  dat alles goed zal komen. Liefde kan momenten geven van puur en zalig zeker weten maar ook van opperste verwarring in het hoofd. Het kan voelen als een ontspannen wandeling op een mooie, zwoele zomeravond maar ook als een chaotisch tochtje op een woeste wilde rivier. Liefde is niet statisch, liefde leeft, groeit en verandert. Het kan Isis' zoektocht naar haar gestorven geliefde Osiris zijn, of de duizend schepen die Menelaos te water laat om zijn Helena terug te krijgen, een Loflied, een Taj Mahal, het offer van Prince Edward of de laatste, definitieve omhelzing van Bonnie en Clyde. Liefde is... Alles.

.
 
 

 




























3 opmerkingen:

  1. But now, thy youngest, dearest one has perished, The nursling of thy widowhood, who grew,
    Like a pale flower by some sad maiden cherished, And fed with true-love tears, instead of dew;
    Most musical of mourners, weep anew!
    Thy extreme hope, the loveliest and last,
    The bloom, whose petals nipt before they blew
    Died on the promise of the fruit, is waste;
    The broken lily lies—the storm is overpast

    Shelley, Adonais

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Nou, zo mooi kan jij het dus wèl opschrijven. Kees doet het anders, maar niet mooier (sorry Kees schat). Prachtig, poëtisch, lyrisch en toch met beide benen op de grond. En leerzaam voor een ieder die bang is.

    BeantwoordenVerwijderen